Zechariah 10:11

Ik zal …

Om alle twijfel over de inlossing van deze belofte weg te nemen wordt in dit gedeelte de bevrijding van Efraïm nog gedetailleerder beschreven. Zes keer lezen we in deze verzen de uitdrukking “Ik zal”. God zegt dat Hij het doen zal, dus zal het gebeuren. Wie zal dat kunnen verijdelen?

De HEERE zal het volk tot Zich fluiten. Het volk in verstrooiing zal de fluit van de herder herkennen. God verlost om Zijn volk bijeen te brengen. Ook zal Hij hen zo talrijk maken als ze zijn geweest. Alle verlies zal Hij goedmaken.

Hij heeft hen vanwege hun zonden onder de volken moeten “uitzaaien”, dat wil zeggen hen moeten verstrooien. Het is opmerkelijk dat God dat hier in Zacharia zegt na een eerdere verstrooiing, dat is na de ballingschap in Babel. Het lijkt hier te gaan om een nieuwe verstrooiing. Mogelijk kunnen we denken aan wat er is gebeurd in het jaar 70 na Chr., de verwoesting van Jeruzalem door de Romeinen. In die verre streken, ver verwijderd van het beloofde land, zullen zij en hun kinderen tot inkeer komen. Dat zal gebeuren in de toekomst. Ze zullen weer aan Hem gaan denken (Dt 30:1-2; Jr 31:27). En dan zal Hij hen laten terugkeren.

Alle volken van Zc 10:9 worden vertegenwoordigd door Egypte, de zuiderbuur, en Assyrië, de noorderbuur. Uit al die volken vandaan zal de HEERE hen in Zijn land brengen. Gilead en Libanon vertegenwoordigen het hele land Israël aan beide zijden van de Jordaan (Jr 50:19; Mi 7:14-15). Velen zullen in Israël geboren worden, zodat het land te klein zal worden (Ez 1:7; Jr 30:19-20; Ez 36:11; Js 49:20; Js 54:3). Dan zal het land de grenzen krijgen die God aan Abraham heeft beloofd en die het nog nooit heeft gehad (Gn 15:18).

In Zc 10:11 hebben we een verwijzing naar de doortocht door de Rode Zee, de vroegere verlossing, als symbool voor de toekomstige verlossing. Met “de zee van benauwdheid” wordt de volkenzee bedoeld. In die zee is Gods volk in angst geweest. Maar de HEERE zal Zelf door die zee gaan en elke verhindering op weg naar de bevrijding en het land doen opdrogen. Hij zal de golven neerslaan die hen dreigen te overspoelen en de wateren van de angst zal Hij wegnemen.

Het volk zal versterkt worden in de HEERE (Zc 10:12) voor hun geestelijke noden. Hun hele leven (wandel) zal doortrokken zijn van de gedachte aan de heerlijkheid en eer van de HEERE (Mi 4:5). Hier is de climax. Wandelen “in Zijn Naam” kan betekenen dat zij Zijn vertegenwoordigers of ambassadeurs zijn. Het kan ook betekenen dat ze zullen leven in overeenstemming met wat Hij van Zichzelf heeft laten zien. Ze zullen overal en voortdurend onder Zijn bescherming en naar Zijn wil leven.

Copyright information for DutKingComments