Zephaniah 1:1

Inleiding

Het hoofdonderwerp van het boek Zefanja is het wereldwijde oordeel op de dag van de HEERE en de daaropvolgende wereldwijde zegen voor alle overgebleven mensen. Zijn schrijfstijl wordt gekenmerkt door snelle afwisseling van bedreigingen en beloften.

De kern van de boodschap van Zefanja is de “dag van de HEERE”. Hij gebruikt die uitdrukking vaker dan enige andere profeet. Die dag is “nabij” (Zf 1:7; 14); het is een dag van

“verbolgenheid …

benauwdheid en angst, …

verwoesting en vernietiging, …

duisternis en donkerheid, …

donkere wolken, …

bazuin[geschal] en [krijgs]geschreeuw” (Zf 1:15-16).

De dag van de HEERE is een dag van ondergang van de goddeloze mensen. De profeet verklaart dat dit zo is omdat zij “tegen de HEERE gezondigd” hebben (Zf 1:17). Hij spreekt ook over een belofte van “verborgen worden”, dat wil zeggen dat er bescherming is voor hen die de HEERE zoeken (Zf 2:3).

Indeling van het boek

I. Inleiding (Zefanja 1:1)

II. Dag van het oordeel (Zefanja 1:2-3:8)

A. Tegen Juda (Zefanja 1:2-2:3)

1. Algemene waarschuwing (Zefanja 1:2-3)

2. Oordeel voor Juda (Zefanja 1:4-13)

3. Beschrijving van die dag (Zefanja 1:14-2:3)

B. Tegen de heidenvolken (Zefanja 2:4-15)

1. Filistijnen (Zefanja 2:4-7)

2. Moab en Ammon (Zefanja 2:8-11)

3. Cusj (Zefanja 2:12)

4. Assyrië (Zefanja 2:13-15)

C. Tegen Jeruzalem (Zefanja 3:1-8)

III. Dag van vreugde (Zefanja 3:9-20)

A. Terugkeer van een verstrooid volk (Zefanja 3:9-10)

B. Herstel van een zondig volk (Zefanja 3:11-13)

C. Vreugde van een gered volk (Zefanja 3:14-20)

Inleiding

Buiten wat we in dit vers hebben, is er niets van de profeet met zekerheid bekend. Zefanja betekent ‘Jahweh verbergt of bewaart’ of ‘hij die Jahweh verbergt’. Zijn voorgeslacht wordt tot vier generaties terug gegeven, tot op zijn betovergrootvader Hizkia. Dit is opmerkelijk. Iets dergelijks vinden we bij geen andere schrijvende profeet.

Bij de meeste andere profeten wordt alleen de vader genoemd. Alleen bij Zacharia wordt ook nog de grootvader genoemd. Deze uitvoerige vermelding van zijn voorgeslacht wijst erop dat hij een man van aanzien is geweest en misschien wel de achter achterkleinzoon van de Godvrezende koning Hizkia en dus van koninklijken bloede.

Hij profeteert ongeveer een halve eeuw na Nahum, tijdens de regering van koning Josia over Juda – ca. 640-609 v.Chr. De tien stammen zijn dan ongeveer tachtig jaar geleden door de Assyriërs weggevoerd. Onder Josia heeft een grote hervorming in Juda plaatsgevonden. Helaas heeft die op de gezindheid van het hart van het volk geen effect gehad. Het volk heeft zich niet tot de HEERE bekeerd. Zefanja rept ook niet van de hervorming van Josia, maar spreekt tot een volk dat in opstand tegen de HEERE leeft.

Copyright information for DutKingComments