1 Corinthians 2:11
11Want wie van de mensen weet, hetgeen des mensen is, dan de geest des mensen, die in hem is? Alzo weet ook niemand, hetgeen Gods is, dan de Geest Gods. ▼▼ de geest des Dat is, de redelijke ziel en het verstand des mensen weet wat in hem is. Zie
1Jo 3:20 .
,
▼▼ niemand hetgeen Namelijk onder de schepselen. Want de Zoon kent den Vader, en de Vader den Zoon,
Mat 11:27 , en hier ook de Heilige Geest, als een enig God met den Vader en den Zoon;
Rom 8:27 .