1 Corinthians 2:14
14Maar de natuurlijke mens begrijpt niet de dingen, die des Geestes Gods zijn; want zij zijn hem dwaasheid, en hij kan ze niet verstaan, omdat zij geestelijk onderscheiden worden. ▼▼ de natuurlijke mens Gr. de ziellijke mens; dat is, die geen andere hogere wijsheid heeft, dan die hem het licht der natuur en het menselijke vernuft leert. Zie
Jud 1:19 .
,
▼▼ begrijpt niet de Namelijk om dezelve aan te nemen en zichzelven tot zaligheid toe te eigenen;
Rom 8:5 . Zie een voorbeeld
Act 17:18 , en
Act 25:19 .
,
▼
,
▼▼ kan ze niet Namelijk dan door de genade en kracht van Gods Geest, die het verstand verlicht en de harten opent;
Act 16:14 .
,
▼▼ onderscheiden worden Gr. geoordeeld; dat is van menselijke en wereldse leringen met oordeel onderscheiden.