1 Kings 1:2
2Toen zeiden zijn knechten tot hem: Laat ze mijn heer den koning een jonge dochter, een maagd zoeken, die voor het aangezicht des konings sta, en hem koestere; en zij slape in uw schoot, dat mijn heer de koning warm worde. ▼▼ knechten tot hem Dat is, raadsheren, officieren, voornaamste hovelingen. Zie
Gen 20:8.
,
▼
,
▼▼ zij slape in uw schoot, Zie deze manier van spreken ook
2Sa 12:3, en
Mic 7:5, en vergelijk
Deu 13:6, mitsgaders de aantekeningen. Men meent dat dit geschied is nadat hij haar getrouwd had.