1 Kings 11:36

36En zijn zoon zal Ik een stam geven; opdat Mijn knecht David altijd een lamp voor Mijn aangezicht hebbe in Jeruzalem, de stad, die Ik Mij verkoren heb, om Mijn Naam daar te stellen.
 zal Ik een stam geven; Zie boven, vs.32.
,
 altijd Hebreeuws, alle dagen. Versta, in den stam van Juda, tot op de toekomst van den Messias. Want van David af tot de Babylonische gevangenis is de koninklijke regering in Juda gebleven; daarna de vorstelijke macht en het Sanhedrin, tot op Christus, wiens koninkrijk eeuwig is.
,
 lamp Of, kaars, of licht; dat is, navolgens in het koninkrijk, zijnde voorbeelden des Heeren Christus. Zo wordt dit woord ook genomen 2Sa 21:17. Zie mede onder, 1Ki 15:4; 2Ch 21:7; Psa 132:17.
,
 Mijn Naam Zie boven, 1Ki 8:16.
Copyright information for DutSVVA