1 Kings 18:15

15En Elia zeide: Zo waarachtig als de Heere der heirscharen leeft, voor Wiens aangezicht ik sta, ik zal voorzeker mij heden aan hem vertonen!
 de HEERE Versta, door de heirscharen, alle schepselen, hemelse en aardse, zienlijke en onzienlijke, redelijke en redeloze, levende en levenloze. De redenen om welke zij heiren genoemd worden, zie Gen 2:1. Dezer aller opperste Heere is God; niet alleen, omdat Hij hen allen geschapen heeft en nog onderhoudt, zodat zij eigenlijk hem alleen toebehoren, maar ook omdat Hij hen zo regeert, dat zij hem steeds in het uitvoeren van zijn heiligen wil in grote menigte ten dienste staan; en werd deze naam Gode dikwijls toegeschreven gelijk 1Sa 1:3, en 1Sa 4:4; 2Sa 5:10; Psa 24:10; Isa 1:9, enz.
,
 voor Wiens Alzo boven, 1Ki 17:1. Zie Deu 10:8.
,
 ik zal voorzeker Dat is, zo waar is het dat ik heden voor Achab zal verschijnen, als het waarachtig is dat de Heere leeft.
Copyright information for DutSVVA