1 Kings 5:1-2
1En Hiram, de koning van Tyrus, zond zijn knechten tot Salomo ( want hij had gehoord, dat zij Salomo tot koning gezalfd hadden in zijns vaders plaats), dewijl Hiram David altijd bemind had. ▼▼ Hiram, Hij wordt ook Hirom genoemd, onder vs.10, 18; idem Huram, 2Ch 2:3, en is te onderscheiden van een anderen Hiram, die een zeer kundig werkmeester was, ener weduwe zoon; van wien zie onder 1Ki 7:13-14, en 2Ch 2:13.
,
▼
,
▼▼ zond zijn knechten Om zijn blijdschap te verklaren dat Salomo in zijns vaders plaats koning geworden was, om zijn vriendschap te bekomen en in een verbond met hem te treden; gelijk dit ook geschied is. Zie vs.12.
,
▼▼ altijd Hebreeuws, al de dagen.
,
▼▼ bemind had Of, Davids vriend geweest was.
2Daarna zond Salomo tot Hiram, zeggende:
Copyright information for
DutSVVA