1 Samuel 1:4-5

4En het geschiedde op dien dag, als Elkana offerde, zo gaf hij aan Peninna, zijn huisvrouw, en aan al haar zonen en haar dochteren, delen.
 offerde, Te weten, dankoffer, waarvan degene die het offerde zijn deel had, hetwelk hij met zijn huisgezin eten mocht.
,
 delen Te weten, van het offer. Zie Deu 12:12, en Deu 16:11.
5Maar aan Hanna gaf hij een aanzienlijk deel, want hij had Hanna lief; doch de Heere had haar baarmoeder toegesloten.
 aanzienlijk deel, Wat schoon en heerlijk was aan te zien. Hebreeuws, een stuk van twee aanzichten. Deze beleefdheid deed Elkana zijn vrouw Hanna, om haar daarmede te vermaken.
,
 lief; Dat is, zonderling lief, liever dan hij Peninna had. Zie dergelijk exempel Gen 29:30.
,
 doch de HEERE had haar baarmoeder toegesloten Zie Gen 20:18.
Copyright information for DutSVVA