1 Samuel 2:30

30Daarom spreekt de Heere, de God Israëls: Ik had wel klaarlijk gezegd: Uw huis en uws vaders huis zouden voor Mijn aangezicht wandelen tot in eeuwigheid; maar nu spreekt de Heere: Dat zij verre van Mij; want die Mij eren, zal Ik eren, maar die Mij versmaden, zullen licht geacht worden.
 Ik had Te weten, toen Ik het priesterlijk ambt in uws vaders huis heb ingesteld.
,
 wel klaarlijk gezegd Hebreeuws, Ik had zeggende gezegd
,
 voor Mijn aangezicht Dat is, het priesterdom bedienen; versta hierbij, indien zij in mijn geboden zouden wandelen.
,
 Dat zij verre van Mij; Te weten, vanwege uw ongehoorzaamheid.
,
 zullen licht geacht worden Hebreeuws, zullen licht worden.
Copyright information for DutSVVA