1 Samuel 8:5
5En zij zeiden tot hem: Zie, gij zijt oud geworden, en uw zonen wandelen niet in uw wegen; zo zet nu een koning over ons, om ons te richten, gelijk al de volken hebben. ▼▼ gij zijt oud geworden, En derhalve kunt gij de landen en steden niet meer doorreizen, gelijk gij tot nog toe gedaan hebt.
,
▼▼ te richten, Dat is, te regeren, te weten, met koninklijke autoriteit.
,
▼▼ al de volken hebben. Dat is, meest allen, want er waren ook enige onder de heidense natiën, die geen koningen, maar vorsten hadden.
Copyright information for
DutSVVA