1 Thessalonians 4:3

3Want dit is de wil van God, uw heiligmaking: dat gij u onthoudt van de hoererij;
 de Dat is, hetgeen God van u eist, of wil gedaan hebben.
,
 heiligmaking Dit woord kan in het algemeen genomen worden voor allerlei heiligheid of in het bijzonder voor de kuisheid of eerbaarheid, gelijk hierna verklaard wordt.
Copyright information for DutSVVA