1 Timothy 3:15

15Maar zo ik vertoef, opdat gij moogt weten, hoe men in het huis Gods moet verkeren, hetwelk is de Gemeente des levenden Gods, een pilaar en vastigheid der waarheid.
 in het huis Gods Zo wordt de gemeente genoemd, omdat God met Zijn Geest en Woord daarin woont. Zie 1Co 3:16; Heb 3:4-6.
,
 een pilaar en Zo wordt de gemeente Gods genoemd, omdat God in Zijne gemeente de waarheid bevestigt, en door haar aan anderen openlijk bekend maakt, gelijk de overheid haar plakkaten en wetten aan pilaren of andere vastigheden pleegt aan te slaan en hechten, om allen bekend te worden. En hier wordt volgens dien verklaard het ambt, de schuldige plicht der gemeente te zijn, deze waarheid te verbreiden en tegen alle dwalingen te bevestigen. Wanneer zij dit niet doet, valt zij lichtelijk in scheuringen en dolingen. Zie Mal 2:5, enz.; gelijk Paulus ook de gemeente van Efeze, waar Timotheüs toen was, gelijk blijkt 1Ti 1:3, hiertegen waarschuwt, Act 20:28, enz.; en Christus zelf Rev 2:1, enz. Anderen voegen deze woorden bij het volgende vers, vs.16.
Copyright information for DutSVVA