2 Kings 18:4-6

4Hij nam de hoogten weg, en brak de opgerichte beelden, en roeide de bossen uit; en hij verbrijzelde de koperen slang, die Mozes gemaakt had, omdat de kinderen Israëls tot die dagen toe haar gerookt hadden; en hij noemde haar Nehustan.
 koperen slang, Zie van deze Num 2:8-9, enz.
,
 Nehustan Dat is, koperwerk, of een stuk koper, of iets dat van koper is. Zo heeft de koning de koperen slang genoemd, om te tonen dat er niets goddelijks in haar was, en vervolgens geen reden om haar door offeranden en aanbiddingen goddelijke eer te bewijzen. Anders, men noemde ze, enz., dat is, het volk had haar, als hun afgod, dien naam gegeven.
5Hij betrouwde op den Heere, den God Israëls, zodat na hem zijns gelijke niet was onder alle koningen van Juda, noch die voor hem geweest waren.
 zijns gelijke Te weten, in het reformeren en herstellen van den zuiveren godsdienst; welverstaande terstond in den aanvang zijner regering. Anders is dit te verstaan met uitneming van David en Josia; van David, wien hij gelijk gemaakt wordt, en niet overtreffelijker, boven, vs.3; van Josia, wien deze lof ook gegeven wordt, dat voor en na hem geen koning zijns gelijks is geweest, onder, 2Ki 23:25.
6Want hij kleefde den Heere aan; hij week niet van Hem na te volgen, en hij hield Zijn geboden, die de Heere aan Mozes geboden had.
 van Hem Hebreeuws, van achter hem. Zie 1Ki 9:6.
Copyright information for DutSVVA