2 Kings 23:7

7Daartoe brak hij de huizen der schandjongens af, die aan het huis des Heeren waren, alwaar de vrouwen huisjes voor het beeld van het bos weefden.
 schandjongens Zie Deu 23:17.
,
 het huis des HEEREN waren, Versta, in het voorhof des volks, waar de afgodendienaars [zo men meent] hun woonplaatsjes hadden.
,
 huisjes voor het Versta, kapelletjes, of kabinetten en kasten, gemaakt van geweven, of genaaid en gestikt werk, waarin de afgodenbeeldjes stonden. Anderen verstaan zulke tenten, waarin de afgodendienaars hun schandelijke vuiligheden ter ere hunner afgoden tezamen bedreven.
Copyright information for DutSVVA