2 Kings 5:5-6

5Toen zeide de koning van Syrië: Ga heen, kom, en ik zal een brief aan den koning van Israël zenden. En hij ging heen, en nam in zijn hand tien talenten zilvers, en zes duizend sikkelen gouds, en tien wisselklederen.
 nam Te weten, tot een vrijwillig geschenk om den profeet daarmede te vereren. Zie 1Ki 14:3.
,
 in zijn hand Dat is, met hem. Vergelijk 1Sa 9:8; 2Sa 8:10; 1Ki 14:3; onder, 2Ki 8:8.
,
 tien talenten Zie van een talent Exo 25:39.
,
 sikkelen gouds, Zie van de waarde eens gemenen gouden sikkels Gen 24:22; Num 7:14.
,
 wisselklederen Zie Gen 45:22.
6En hij bracht den brief tot den koning van Israël, zeggende: Zo wanneer nu deze brief tot u zal gekomen zijn, zie, ik heb mijn knecht Naäman tot u gezonden, dat gij hem ontledigt van zijn melaatsheid.
 ontledigt Te weten, door middel van uw profeet Elisa, gelijk men kan oordelen dit zijn mening geweest te zijn, uit hetgeen boven, vs.4, verhaald is; maar de koning Israëls heeft dit zo verstaan, alsof hij in eigen persoon door den brief belast geweest ware, den vorst Naäman van zijn melaatsheid te genezen, gelijk blijkt uit vs.7.
Copyright information for DutSVVA