2 Samuel 1:20

20Verkondigt het niet te Gath, boodschapt het niet op de straten van Askelon; opdat de dochters der Filistijnen zich niet verblijden, opdat de dochters der onbesnedenen niet opspringen van vreugde.
 Gath, Gath en Askelon waren beide bewoond van de Filistijnen, liggende in het zuidwesten van de bergen Gilboa aan de zee; Gath in Dan, en Askelon in Simeon. Zie Jdg 14:19, en onder, 2Sa 21:20, 2Sa 21:22.
,
 verblijden, God en zijn volk lasterende en beschimpende; gelijk Jdg 16:23, enz.
,
 onbesnedenen Zie Jdg 15:18.
,
 opspringen van vreugde Met uiterlijke gebaren en tekenen van vreugde hun goden den lof dezer victorie toeschrijvende.
Copyright information for DutSVVA