2 Samuel 24:1

1En de toorn des Heeren voer voort te ontsteken tegen Israël; en Hij porde David aan tegen henlieden, zeggende: Ga, tel Israël en Juda.
 voer voort Dit schijnt te zien op den voorgemelden driejarigen honger, waarvan boven, 2Sa 21:1, enz.
,
 Hij porde Te weten, de Heere. Niet dat Hij zulks zou hebben ingegeven, maar omdat Hij, naar zijn rechtvaardig oordeel, door zijn verborgen regering, den satan zulks heeft willen toelaten, en hem gebruiken tot een verdiende straf der Israëlieten, en tot kastijding en vernedering van David; uit vergelijking van 1Ch 21:1, waar deze historie wordt wederhaald.
,
 tegen henlieden, Te weten, tegen de Israëlieten; dat is, tot straf der Israëlieten. Anders, onder henlieden
,
 zeggende Zie boven, 2Sa 16:10, en vergelijk 1Sa 26:19, en 1Ki 22:22.
Copyright information for DutSVVA