2 Samuel 9:8
8Toen boog hij zich, en zeide: Wat is uw knecht, dat gij omgezien hebt naar een doden hond, als ik ben? ▼▼ doden hond, Een spreekwoord bij de Joden, waarmede iemands nietigheid en verachtelijkheid wordt uitgedrukt. Zie
1Sa 24:15, en onder,
2Sa 16:9. Vergelijk boven,
2Sa 3:8.