Acts 4:32
32En de menigte van degenen, die geloofden, was een hart en een ziel; en niemand zeide, dat iets van hetgeen hij had, zijn eigen ware, maar alle dingen waren hun gemeen. ▼▼ een hart en Dat is, zeer grote enigheid, zo in de leer en in het gevoelen, als in de gemoederen en toegenegenheid tot elkander in liefde en vrede.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA