Acts 9:24-25
24Maar hun lage werd Saulus bekend; en zij bewaarden de poorten, beide des daags en des nachts, opdat zij hem doden mochten. ▼▼ zij bewaarden Namelijk de Joden, gesterkt met de macht van den stadhouder van den koning Areta;
2Co 11:32 .
25Doch de discipelen namen hem des nachts, en lieten hem neder door den muur, hem aflatende in een mand.