Amos 9:13

13Ziet, de dagen komen, spreekt de Heere, dat de ploeger den maaier, en de druiventreder den zaadzaaier genaken zal; en de bergen zullen van zoeten wijn druipen, en al de heuvelen zullen smelten.
 zaadzaaier genaken zal; Hebr. trekt, of dien die het zaad trekt, of voortstrekt; dat is, al trekkende in de aarde werpt, of uit den zak trekt, haalt om te zaaien; zie Psa 126:6 . De zin is: Daar zal overvloed van alles zijn. Zie Lev 26:5 , waardoor de rijkdom en overvloed der geestelijke genade en zegeningen onder het rijk van Christus wordt afgebeeld. Verg. Hos 2:14 , Hos 2:20-21 , met de aantekening.
,
 bergen zullen van zoeten wijn druipen, Zie Joe 3:18 .
,
 smelten Dat is, zullen schijnen te smelten, door het overvloedig uitgeven van wijn, melk, olie, enz., alsof zij daarvan vloeiden.
Copyright information for DutSVVA