Colossians 4:6
6Uw woord zij te allen tijde in aangenaamheid, met zout besprengd, opdat gij moogt weten, hoe gij een iegelijk moet antwoorden. ▼▼ met zout besprengd, Grieks geconfijt; dat is, alzo gerecht tot aangenaamheid dergenen waar gij bij verkeert, dat daarentussen alle vuile, verdervende en onstichtelijke redenen daaruit zijn geweerd, gelijk door het zout de spijs smakelijk wordt gemaakt, en uit dezelve alle bederving wordt gehouden. Zie 1Co 15:33; Eph 4:29.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA