Deuteronomy 15:11

11Want de arme zal niet ophouden uit het midden des lands; daarom gebiede ik u, zeggende: Gij zult uw hand mildelijk opendoen aan uw broeder, aan uw bedrukten en aan uw armen in uw land.
 zal niet ophouden Dat is, er zullen altijd armen in het land, of bij u zijn. Vergelijk Mat 26:11; Joh 12:8.
,
 mildelijk opendoen Hebreeuws, opdoende opdoen
,
 uw bedrukten Dat is, dengene die onder u woont en wiens armoede u bekend is, aan welken gij, als uw broeder, bijzonderlijk verplicht zijt, gelijk het voorgaande en volgende verklaart.
Copyright information for DutSVVA