‏ Deuteronomy 28:50

50Een volk, stijf van aangezicht, dat het aangezicht des ouden niet zal aannemen, noch den jonge genadig zijn.
 stijf van aangezicht, Dat is, Hebreeuws eigenlijk sterk, onbeschaamd, hard, onbewegelijk, dat niemand zal ontzien of verschonen, over niemand bewogen worden, hij zij oud of jong; gelijk in het volgende verklaard wordt. Alzo Dan 8:23.
,
 aangezicht des ouden Vergelijk boven, Deu 1:17.
Copyright information for DutSVVA