Deuteronomy 5:29

29Och, dat zij zulk een hart hadden, om Mij te vrezen, en al Mijn geboden te allen dage te onderhouden; opdat het hun en hun kinderen welging in eeuwigheid!
 Och, Hebreeuws, wie zal geven, dat zij dit hun hart hebben, enz.; een menselijke manier van wensen, gelijk elders dikwijls, die van God gebruikt wordt, om te tonen dat zulk een hart hem aangenaam is; gelijk mensen plegen te wensen naar dingen, die hun aangenaam zijn. Anders is God almachtig, doende wat Hij wil en aan geen zulke beweging onderworpen. Vergelijk Jdg 9:29; 2Sa 18:33; Job 6:8, en Job 11:5, enz.
Copyright information for DutSVVA