Deuteronomy 7:16
16Gij zult dan al die volken verteren, die de Heere, uw God, u geven zal; uw oog zal hen niet verschonen, en gij zult hun goden niet dienen; want dat zoude u een strik zijn. ▼▼ verteren, Hebreeuws, eigenlijk, eten, opeten, en alzo voorts, verteren; dat is, gij zult hen vernielen, verdelgen, zonder verschonen of schromen, gelijk de spijs niet gespaard wordt, veel weiniger een roof van een wild dier. Vergelijk onder,
Deu 31:17.
,
▼