Ephesians 4:30

30En bedroeft den Heiligen Geest Gods niet, door Welken gij verzegeld zijt tot den dag der verlossing.
 bedroeft Eene wijze van spreken bij gelijkenis, uit Isa 63:10, waardoor te kennen wordt gegeven dat de Geest Gods, die in ons woont, door dergelijke zonden, waar Hij een afkeer van heeft, Zijne vriendelijke werking in ons verduistert, en in plaats van Zijne liefde ons Zijne gramschap laat gevoelen (gelijk een vader een droevig aangezicht aantrekt over zijne kinderen, wanneer zij in zijne tegenwoordigheid kwaad doen, en in plaats van vriendschap te bewijzen hen, hoewel ongaarne, moet straffen), waaruit ook een bedroefd gemoed rijst in de gelovigen, en de zekerheid hunner zaligheid wordt verduisterd. Zie Psa 6:2, en Psa 31:10-11, en Psa 51:11, enz.
,
 door Welken gij Grieks, in welken.
,
 verzegeld zijt Namelijk als door het opgedrukt zegel van Gods evenbeeld van de ongelovigen zijt onderscheiden, en van de toekomende zaligheid wordt verzekerd. Zie Eph 1:13.
Copyright information for DutSVVA