Ezekiel 13:9

9En Mijn hand zal zijn tegen de profeten, die ijdelheid zien, en leugen voorzeggen; zij zullen in de vergadering Mijns volks niet zijn, en in het schrift van het huis Israëls niet geschreven worden, en in het land Israëls niet komen; en gij zult weten, dat Ik de Heere Heere ben.
 Mijn hand zal zijn tegen de profeten, Dat is, mijne kracht om te straffen en te verderven; alzo Exo 9:3 ; Jdg 2:15 ; 1Sa 12:15 .
,
 in de vergadering Mijns volks Alzo wordt het woord sod genomen, Psa 89:8 , en Psa 111:1 . De zin is dat de valse profeten niet onder Gods uitverkoren volk zouden gerekend, noch zijn geestelijke goederen mede deelachtig worden.
,
 schrift Dat is, in het register der ware kinderen Gods; vergelijk Exo 32:32 , en de aantekening; idem, Psa 69:29 , en de aantekening; Luk 10:20 ; Rev 13:8 , en Rev 17:8 , en Rev 20:15 , en Rev 21:27 .
,
  van het huis Israëls Dat is, van de ware kerk niet bevonden worden.
,
  in het land Israëls niet komen; Dat is, in het land van Juda niet wederkeren uit de Babylonische gevangenschap; gelijk ook die onboetvaardig blijven niet komen zullen in het hemelse Kanaän.
Copyright information for DutSVVA