Ezekiel 31:14

14Opdat zich geen waterrijke bomen verheffen over hun stam, en hun top niet opsteken boven het midden der dichte takken, en geen bomen, die water drinken, op zichzelven staan vanwege hun hoogte; want zij zijn allen overgegeven ter dood, tot het onderste der aarde, in het midden der mensenkinderen, tot degenen, die in den kuil nederdalen.
 geen waterrijke bomen verheffen Hebreeuws, alle bomen der wateren, of der wateren zich niet, enz. Vergelijk boven vs.8, en zo in het volgende. De zin is dat God dit voorbeeld aan dien groten monarch heeft willen stellen, tot een waarschuwing van alle groten en machtigen op aarde, en hier voornamelijk voor Farao, opdat zich niemand tegen Hem verhovaardige en goddeloos worde, om niet door gelijke zonden in gelijke straffen te vallen, die hij met geen menselijke macht zal kunnen afweren.
,
 boven het midden der dichte takken, Gelijk boven vs.10.
,
 drinken, Dat is, met allen overvloed door mijn zegen vervuld zijn en geen gebrek lijden. Alzo vs.16. Vergelijk boven vs.4, 8.
,
 op zichzelven staan Deze manier van spreken is ook in onze taal gebruikelijk, voor op zichzelven vertrouwen, of het hoofd stoutelijk op en omhoog steken, waarvan het tegendeel is nederig voor God te wandelen. Vergelijk de manier van spreken onder Eze 33:26 .
,
 onderste der aarde, Hebreeuws, de onderste aarde, of de aarde die beneden is. Alzo vs.10, 18.
,
 mensenkinderen, Dat is, onder de gemene, of slechte lieden. Zie Psa 4:3 .
Copyright information for DutSVVA