Ezekiel 5:11

11Daarom zo waarachtig als Ik leef, spreekt de Heere Heere (omdat gij Mijn heiligdom verontreinigd hebt met al uw verfoeiselen, en met al uw gruwelen), zo Ik ook niet daarom u verminderen, en Mijn oog u niet verschonen zal, en Ik ook niet zal sparen! ,
 heiligdom Dat is, den tempel, waarin de godsdienst geschiedde.
,
 verfoeiselen, Te weten de grofste afgoderij in den godsdienst, en boosheden in het leven.
,
 oog Overmits de ogen getuigen zijn van het hart, zo wordt hun toegeschreven hetgeen het hart toekomt. Alzo wordt het oog hier gezegd niet te verschonen, dat is, geen medelijden te hebben en niet genadig te zijn. Zie ook Deu 7:16 , en Deu 13:8 ; 1Sa 24:11 , onder Eze 7:4 , en Eze 16:5 .
,
 u Dit woord is hier ingevoegd uit het volgende Eze 7:4 .
,
 sparen Zie Num 14:23 ; Deu 1:35 .
Copyright information for DutSVVA