Ezra 3:3

3En zij vestigden het altaar op zijn stelling, maar met verschrikking, die over hen was, vanwege de volken der landen; en zij offerden daarop brandofferen den Heere, brandofferen des morgens en des avonds.
 maar met verschrikking, Dat is, zij lieten den godsdienst niet na, hoewel bevreest zijnde, enz. Anders, want vrees was op hen van, enz.; dat is, zij zochten door de oefening van den waren godsdienst zich te verzekeren tegen hun vijanden.
,
 landen; Versta, de omliggende omstreken, waarin hun vijanden woonden. Zie onder, Ezr 4:7-10 , enz.
,
 morgens Zie Num 28:3-4 , enz. met de aantekening.
Copyright information for DutSVVA