Genesis 1:3

3En God zeide: Daar zij licht! en daar werd licht.
 zeide Gods zeggen is zijn wil, zijn bevel en daad, Psa 33:9; Psa 148:5, welken Hij uitgevoerd heeft door zijn wezenlijk Woord, hetwelk van eeuwigheid af God en bij God geweest is, Joh 1:1-2; Psa 33:6.
,
 licht Een klaar, helder, luchtig wezen, verlichtende den duisteren klomp, en door zijn omloop makende dag en nacht.
Copyright information for DutSVVA