Genesis 11:3

3En zij zeiden een ieder tot zijn naaste: Kom aan, laat ons tichelen strijken, en wel doorbranden! En de tichel was hun voor steen, en het lijm was hun voor leem.
 tichelen Of bakstenen maken, of bereiden.
,
 wel doorbranden Hebr. branden met, of, tot branding; dat is, door het branden hard bakken.
,
 het lijm Een taaie stof, vaster klevende dan pek, overvloedig in die landen; zie onder Gen 14:10. De geschiedschrijvers verhalen dat de muren van Babel hiervan gemetseld waren en zo hard geworden als ijzer.
Copyright information for DutSVVA