Genesis 22:17-18

17Voorzeker zal Ik u grotelijks zegenen, en uw zaad zeer vermenigvuldigen, als de sterren des hemels, en als het zand, dat aan den oever der zee is; en uw zaad zal de poort zijner vijanden erfelijk bezitten.
 Voorzeker Hebr. zegenende zegenen, en vermenigvuldigende zal Ik vermenigvuldigen.
,
 aan den Hebr. aan de lip der zee; alzo onder, Gen 41:4; Jos 11:4, 1Sa 13:5.
,
 de poort Dat is, gebied, geweld, steden en landen, want bij de ouden is in de poort het gericht geweest, Deu 21:19; en Deu 22:15; Amo 5:12, Amo 5:15; Zec 8:16, idem, der steden sterkte. Zie Jdg 5:8; Psa 147:13; Isa 22:7; Eze 21:22. Hierom zijn ook poorten de steden zelf, Deu 22:15 en Deu 18:6, ja de steden van een geheel land, Jer 14:2. Dit is ten aanzien van het lichamelijke vervuld in Jozua, David, enz., maar voornamelijk en geestelijk in den Messias, Psa 2:8-9 en Psa 110:1-3; Col 2:15, die zijn kerk en dienstknechten ziujn overwinning deelachtig maakt; 1Co 15:57; 2Co 2:14 en 2Co 10:5-6.
18En in uw zaad zullen gezegend worden alle volken der aarde, naardien gij Mijn stem gehoorzaam geweest zijt.
 in uw Dat is, in Christus, die uit uw zaad naar het vlees voortkomen zal. Zie boven Gen 12:3.
,
 zullen Zie Act 3:25; Gal 3:8, Gal 3:16.
,
 alle Niet alleen, die uit uw vlees zullen voortkomen, maar ook alle andere volken, die in uw zaad aan den Messias geloven zullen. Zie Gal 3:29.
,
 naardien Zie vs.16.
Copyright information for DutSVVA