Genesis 30:27

27Toen zeide Laban tot hem: Zo ik nu genade gevonden heb in uw ogen; ik heb waargenomen, dat de Heere mij om uwentwil gezegend heeft.
 genade Zie over deze manier van spreken boven, Gen 18:3. Het is een afgebroken reden in zulke toespraken gebruikelijk, die men aanvullen kan met deze woorden: Zo blijf toch bij mij, en zeg maar het loon, dat gij van mij begeert.
Copyright information for DutSVVA