Genesis 32:28

28Toen zeide Hij: Uw naam zal voortaan niet Jakob heten, maar Israël; want gij hebt u vorstelijk gedragen met God en met de mensen, en hebt overmocht.
 niet Jakob Niet is hier zoveel gezegd als niet alleen, of niet zoveel, zozeer, want hij wordt hierna ook wel Jakob genoemd; zie deze manier van spreken, 1Sa 8:7; Joh 7:16; 1Co 1:17; 1Jo 3:18.
,
 Israël Dat is, een vorst Gods, of die vorstelijke macht heeft met God, gelijk blijkt uit de volgende woorden. Dezen naam geeft God Jakob ten tweeden male, onder, Gen 35:10.
,
 met God Hebbende den strijd uitgestaan, dien hem God aandeed, en overwonnen.
,
 met de mensen, Te weten, eerst met Ezau, en daarna met Laban, en nu komt hij weder te strijden met Ezau.
Copyright information for DutSVVA