Genesis 38:7

7Maar Er, de eerstgeborene van Juda, was kwaad in des Heeren ogen; daarom doodde hem de Heere.
 kwaad in Dat is, hij mishaagde den Heere; zie boven, Gen 21:11, want hij is genegen geweest en uitgebroken tot grote en grove zonden, die Gods rechtvaardige gramschap tegen hem verwekt hebben; verg. boven, Gen 6:11, en Gen 10:9.
,
 doodde hem Te weten, op zulk een manier, dat men in zijn dood Gods rechtvaardig oordeel kan opmerken; alzo onder, vs.10.
Copyright information for DutSVVA