Genesis 48:10

10Doch de ogen van Israël waren zwaar van ouderdom; hij kon niet zien; en hij deed hen naderen tot zich; toen kuste hij hen, en omhelsde hen.
 zwaar van Dat is, dik en donker, niet bekwaam om onderscheidenlijk te zien.
,
 hij kon niet Dat is, hij kon niet wel zien; gelijk vs.8.
,
 toen kuste hij Zie boven, Gen 27:26.
,
 omhelsde hen Zie boven, Gen 29:13, en Gen 33:4.
Copyright information for DutSVVA