‏ Isaiah 10:8

8Want hij zegt: Zijn niet mijn vorsten al te zamen koningen?
 Zijn niet Alsof hij zeide: Ben ik niet die grootmachtige heerser, wien zelfs de koningen onderworpen zijn en ten dienste staan moeten? Zodat ik ben een koning der koningen. Zie dergelijk pochen 2Ki 18:24 , 2Ki 18:33 , enz., en 2Ki 19:10 , enz.
Copyright information for DutSVVA