Isaiah 2:2-3

2En het zal geschieden in het laatste der dagen, dat de berg van het huis des Heeren zal vastgesteld zijn op den top der bergen, en dat hij zal verheven worden boven de heuvelen, en tot denzelven zullen alle heidenen toevloeien.
 in het laatste Te weten ten tijde der verschijning van Jezus Christus, gelijk het Evangelie door de ganse wereld zal gepredikt worden. Vergelijk Mic 4:1 , met de aantekening.
,
 de berg Dat is, de berg op welken het huis des Heeren of de tempel gebouwd is; te weten de berg Zion of Moria; en dit is te verstaan van de Christelijke gemeente, die eerst te Jeruzalem is verzameld geweest, ten tijde van Christus en zijne apostelen; doch daarna is zij zeer vermenigvuldigd door den toeloop der heidenen, hetwelk hier wordt te kennen gegeven door het woord toevloeien. Zie Act 2:41 , Act 2:47 .
,
 op den top Of, spits. Hebreeuws, het hoofd; dat is, hij zal boven alle andere bergen verheven worden. Dit wordt straks wederom gezegd met andere woorden. Anders: tot een hoofd der bergen.
,
 alle heidenen Dat is, enigen uit alle heidense natiën, gelijk blijkt vs.3.
3En vele volken zullen heengaan en zeggen: Komt, laat ons opgaan tot den berg des Heeren, tot het huis van den God Jakobs, opdat Hij ons lere van Zijn wegen, en dat wij wandelen in Zijn paden; want uit Sion zal de wet uitgaan, en des Heeren woord uit Jeruzalem.
 van Zijn wegen, Te weten de manier hoe wij Hem zullen eren en dienen om zalig te worden. Ditzelfde wordt straks wederom gezegd met andere woorden.
,
 want uit Sion Dit zijn de woorden van den profeet, niet der volken.
,
 zal de wet Aldus wordt hier genoemd de leer van het heilige Evangelie. Zie de vervulling hiervan Act 8:1 , Act 8:4 , en Act 11:20 , enz., en Act 13:2 , enz.; zie ook de aantekening Psa 1:2 .
Copyright information for DutSVVA