Isaiah 63:3-5
3Ik heb de pers alleen getreden, en er was niemand van de volken met Mij; en Ik heb hen getreden in Mijn toorn, en heb hen vertrapt in Mijn grimmigheid; en hun kracht is gesprengd op Mijn klederen, en al Mijn gewaad heb Ik bezoedeld. ▼▼ Ik heb Hier spreekt Christus wederom, beantwoordende de vorige vraag aangaande zijne macht in het onderdrukken zijner vijanden en het verlossen zijner uitverkorenen.
,
▼
,
▼▼ er was niemand Of, daar is niemand van de volken bij mij geweest, om mij te helpen de vijanden te bestrijden en te overwinnen. Versta hier zo de geestelijke als de lichamelijke vijanden.
,
▼▼ hun kracht Dat is hun bloed, waarin de sterkte van den mens bestaat. Of, hun bloed, dat is het bloed hunner sterke helden. Anders: en hunne victorie is op mijne klederen besprenkeld; dat is hun bloed, een teken mijner victorie over hen.
4Want de dag der wraak was in Mijn hart, en het jaar Mijner verlosten was gekomen. ▼
,
▼▼ het jaar Dat is, het jaar of de tijd dergenen, die van mij zouden vrijgekocht of verlost worden. Het schijnt dat de profeet ziet op het geestelijke jubeljaar.
5En Ik zag toe, en er was niemand die hielp; en Ik ontzette Mij, en er was niemand, die ondersteunde; daarom heeft Mijn arm Mij heil beschikt, en Mijn grimmigheid heeft Mij ondersteund, ▼
,
▼
,
▼▼ daarom heeft Dat is, mijn goddelijke kracht heeft mij onderstut in mijn zwaar lijden, dat Ik onder den zwaren last van den toorn Gods niet ben bezweken, maar dien gedragen, en mijn volk daarvan verlost en al hunne vijanden overwonnen heb.
,
▼▼ Mijn grimmigheid Te weten de grimmigheid, waarmede Ik onstoken ben tegen de vijanden mijner kerk.
Copyright information for
DutSVVA