‏ Judges 16:23

23Toen verzamelden zich de vorsten der Filistijnen, om hun god Dagon een groot offer te offeren, en tot vrolijkheid; en zij zeiden: Onze god heeft onze vijand Simson in onze hand gegeven.
 Dagon De afgod der Filistijnen, alzo genoemd omdat hij met zijn onderste deel een vis gelijk was [de Filistijnen woonden aan de zee], en het bovenste een menselijke gedaante had. Zie van dezen 1Sa 5:2-5. Alzo hebben andere heidenen hun zeeafgoden gehad, als: Neptunus, Triton, Leucothea, enz. Sommigen menen dat deze afgod alzo genoemd is van het Hebreeuwse woord dagan, dat is, koren, omdat zij hem voor den god van den landbouw hielden. Van zulke afgoderij zie Rom 1:23, Rom 1:25.
Copyright information for DutSVVA