Judges 4:6
6En zij zond heen en riep Barak, den zoon van Abinoam, van Kedes-nafthali; en zij zeide tot hem: Heeft de Heere, de God Israëls, niet geboden: Ga heen en trek op den berg Thabor, en neem met u tien duizend man, van de kinderen van Nafthali, en van de kinderen van Zebulon? ▼▼ Kedes-Nafthali; Een stad in Nafthali,
Jos 19:32,
Jos 19:37. Geordineerd tot een vrijstad,
Jos 20:7; mede den Levieten gegeven,
Jos 21:32; zie ook
2Ki 15:29. Zij was gelegen op een berg tussen de wateren van Merom en de zee Gennesareth. Een ander Kedes was er in Issaschar,
1Ch 6:72.
,
▼▼ Heeft de HEERE, Alsof zij zeide: Immers, of zekerlijk heeft Hij het u geboden. Zulk een manier van vragen bevestigt zekerlijk hetgeen vraaggewijs gezegd wordt; alzo onder, vs.14, en
Jdg 6:14, enz.
,
▼▼ trek op den berg Versta: trek tot u, dat is, vergader tot u, breng tezamen, doe tot u komen; gebruikende daartoe de redenen, die ik u nu heb bekendgemaakt, en de hulp der oversten onder de stammen; vergelijk onder,
Jdg 5:14. Waartegen God in vs.7 zegt: Ik zal Sisera tot u trekken
,
▼