Judges 5:6

6In de dagen van Samgar, den zoon van Anath, in de dagen van Jaël, hielden de wegen op, en die op paden wandelden, gingen kromme wegen.
 Samgar, Zie boven, Jdg 3:31.
,
 Jaël, Zie Jdg 4:21, enz.
,
 hielden de wegen op, Dat is, de gemene- of herenwegen waren niet te gebruiken, vanwege rovers en straatschenders.
,
 die op paden wandelden, Hebreeuws, de wandelaars der paden; dat is, die de gemene wegen plachten te gebruiken, zochten moeilijke omwegen, om de stropers en vijanden te ontgaan.
Copyright information for DutSVVA