Jeremiah 13:16

16Geeft eer den Heere, uw God, eer dat Hij het duister maakt, en eer uw voeten zich stoten aan de schemerende bergen; dat gij naar licht wacht, en Hij datzelve tot een schaduw des doods stelle, en tot een donkerheid zette .
 eer Bekennend zijne bestraffingen en dreigementen rechtvaardig te zijn, en u van harte bekerende; vergelijk Jos 7:19 ; Hos 11:7 , en de aantekening aldaar.
,
 duister Dat is, deze ellende en plagen u toezend; zie Gen 15:12 .
,
 schemerende bergen; Hebreeuws, bergen der schemering; dat is, die ten tijde der schemering met duisternis als bedekt worden. Deze gelijkenis schijnt genomen te zijn van degenen, die bij nacht in oneffen bergachtige plaatsen reizen.
,
 licht wacht, Dat is, voorspoed, troost en blijdschap, zie Job 18:5-6 .
,
 dat tot een schaduw Te weten licht, dat is, dat God, in plaats van licht, u overvalle met ene doodschaduw; zie Psa 23:4 .
Copyright information for DutSVVA