Jeremiah 16:14-15

14Daarom, ziet, de dagen komen, spreekt de Heere, dat er niet meer zal gezegd worden: Zo waarachtig als de Heere leeft, Die de kinderen Israëls uit Egypteland heeft opgevoerd!
 Daarom, Vergelijk Hos 2:13 , met de aantekening.
,
 niet meer zal Dat is, niet zozeer en hoog als wel te voren; [vergelijk de manier van spreken met boven Jer 3:16 ; Pro 8:10 , en Hos 6:6 ] , eensdeels omdat de ellende, die zij van de Babyloniërs zouden lijden, veel groter en gruwelijker zou zijn, [hetwelk hun God in deze beide verzen inscherpt] dan die zij van de Egyptenaars hadden geleden, en dienvolgens deze nieuwe verlossing te heerlijker; anderdeels omdat in deze mede gezien wordt op de toekomstige verlossing uit het geestelijke Babel, die de Heiland Christus niet alleen het uitverkoren overblijfsel der Joden, maar ook den heidenen zou aanbrengen, waarvan in de laatste verzen van Isa 16 klaarlijk gesproken wordt; voor welke overgrote weldaad zij allen hunnen Zaligmaker zouden dienen en eren, hetwelk door het volgende formulier des eeds ook wordt te kennen gegeven; vergelijk onder Jer 23:7-8 ; Isa 43:18-19 , enz.
15Maar: Zo waarachtig als de Heere leeft, Die de kinderen Israëls heeft opgevoerd uit het land van het noorden, en uit al de landen waarhenen Hij hen gedreven had! want Ik zal hen wederbrengen in hun land, dat Ik hun vaderen gegeven heb.
 noorden, Babel en de geestelijke gevangenis en ellende, daardoor afgebeeld.
Copyright information for DutSVVA