Jeremiah 42:16-18

16Zo zal het geschieden, dat het zwaard, waar gij voor vreest, u aldaar in Egypteland zal achterhalen; en de honger, waar gij voor zorgt, zal u aldaar in Egypte achter aankleven, en gij zult aldaar sterven. 17Zo zullen al de mannen zijn, die hun aangezichten stellen, om in Egypte te gaan, om aldaar als vreemdelingen te verkeren; zij zullen sterven door het zwaard, door den honger en door de pestilentie; en zij zullen niemand hebben, die overblijve of ontkome van het kwaad, dat Ik over hen zal brengen.
 Zo zullen al de mannen zijn, Dat is, zo zal het hun gaan.
,
 niemand hebben, Hebreeuws, geen overige noch ontkomene hebben. Versta, behalve enige weinigen, Jer 44:14 , Jer 44:28 .
,
 door het zwaard, Of, vanwege. Hebreeuws, van het aangezicht des kwaads.
18Want zo zegt de Heere der heirscharen, de God Israëls: Gelijk als Mijn toorn, en Mijn grimmigheid is uitgestort over de inwoners van Jeruzalem, alzo zal Mijn grimmigheid over ulieden uitgestort worden, als gij in Egypte zult gekomen zijn; en gij zult wezen tot een vervloeking, en tot een ontzetting, en tot een vloek, en tot smaadheid, en zult deze plaats niet meer zien.
 vervloeking, Of, zwering, dat men iemand met eedzweren vervloekende, uw voorbeeld daartoe gebruiken zal, wensende dat het hem alzo moge gaan als het u gegaan is. Vergelijk boven Jer 29:22 , en onder Jer 44:12 , en Isa 65:15 .
,
 deze plaats niet meer zien Het Joodse land.
Copyright information for DutSVVA