Jeremiah 6:28
28Zij zijn allen de afvalligsten der afvalligen, wandelende in achterklap; zij zijn koper en ijzer; zij zijn altemaal verdervers. ▼▼ afvalligen, Dat is, de snoodste afvalligen, die men zou kunnen vinden; vergelijk
Gen 9:25 .
,
▼▼ achterklap; Lasterende mij, mijn woord, mijne profeten, u in het bijzonder, en ruien elkander door achterklap tegen u op. Zie van de manier van spreken
Lev 19:16 .
,
▼▼ koper Dat is, hardnekkig, of van kleine waarde, daar zij als goud en zilver behoorden te zijn; vergelijk
Eze 22:18 , enz.
,
▼▼ verdervers Verdervende zichzelven en anderen. Anders: verdorven [kinderen].