Job 16:10

10Zij gapen met hun mond tegen mij; zij slaan met smaadheid op mijn kinnebakken; zij vervullen zich te zamen aan mij.
 Zij gapen Hij meent de werktuigen, of instrumenten, die God gebruikte om hem door velerlei kastijdingen te beproeven; maar voornamelijk schijnt hij te zien op Elifaz en zijn metgezellen, die tegen hem den mond opengedaan hadden om hem schandelijk te veroordelen, als een, die verlaten was van God. Vergelijk Psa 35:21 .
,
 mijn kinnebakken; Dat is, doen mij spijtige verachting aan. Zie 1Ki 22:24 .
,
 vervullen Dat is, verzadigen hun toorn, of koelen hun moed. Zie een gelijke manier van spreken Exo 15:9 en vergelijk de aantekening. Anders, zij hebben zich tezamen tegen mij met menigte vergaderd.
Copyright information for DutSVVA